Home | Info | Nieuwsbrief | Preken | Agenda | Links | Contact | Gastenboek
Index | Terug | Verder

Aanbidding

Ramon Plakke

25 januari 2003

 

Inleiding

Aanbidding is wat we doen tijdens bijvoorbeeld de zondagochtend dienst in de gemeente voor de preek. Maar ik wil het vandaag niet in eerste instantie hebben over de gezamenlijke aanbidding. Ik wil het voornamelijk hebben over aanbidding in het dagelijks leven van iedere gelovige. De relatie tussen jou en God is de basis.

 

 

Wat is aanbidding?

Lukas 10: 38-42: “Terwijl zij op reis waren, kwam Hij in een zeker dorp. En een vrouw, Marta geheten, ontving Hem in haar huis. En deze had een zuster, genaamd Maria, die, aan de voeten des Heren gezeten, naar zijn woord luisterde. Marta echter werd in beslag genomen door het vele bedienen. En zij ging bij Hem staan en zeide: Here, trekt Gij het U niet aan, dat mijn zuster mij alleen laat dienen? Zeg haar dan, dat zij mij komt helpen. Maar de Here antwoordde en zeide tot haar: Marta, Marta, gij maakt u bezorgd en druk over vele dingen, maar weinige zijn nodig of slechts één ; want Maria heeft het goede deel uitgekozen, dat van haar niet zal worden weggenomen.

 

Er is niet veel nodig, zelfs maar 1 ding en wat is dat? Het ‘goede deel’ wat Maria heeft uitgekozen, namelijk: Zitten aan de voeten des Heren, luisteren naar zijn woord. Dit is de kern van aanbidding. Ik stel me dat zo voor dat Maria zo op de grond zat zoals vaak jonge mensen op de grond zitten of kinderen en opkeek naar Jezus, met open mond alles indronk wat Jezus zei. Misschien dat ze soms wat vroeg, maar ik denk toch dat ze voornamelijk vol aandacht, vol verwondering en ontzag zat te luisteren.

 

Als ik dan naar mezelf kijk: Ik ben zelf jaren heel intensief bezig geweest met mijn passies, waarvan ik dacht dat ik ze in de dienst van God stelde. Maar ik werkte zo hard, dat ik nauwelijks kon ontdekken wat het is om aan de voeten van de Here Jezus te zitten en naar Zijn woord te luisteren. Als ik dan al tijd nam om met Hem te praten was het meer een monoloog van mijn kant, dan een gesprek. Vader, dank u voor dit en dit, ik wil bidden voor dat en dat. En daardoor ging ik toch eigenlijk mijn eigen weg, terwijl ik toch met mijn hart de Here Jezus wilde volgen (en ook dacht dat ik dat deed). Ik begreep niet wat het betekende om naar Hem te luisteren. Ik wilde het best, maar ik wist niet hoe je kon horen.

 

In de ogen van sommige mensen is het ook verschrikkelijk ‘uncool’ om aan de voeten van iemand te zitten. “Ja, daag, ik ga niet aan Zijn voeten zitten, ik blijf wel staan.” Het gaat natuurlijk niet om staan of zitten, maar wel om een houding. Zitten aan iemands voeten geeft een nederige houding aan. Je kijkt op naar iemand en drinkt in wat die persoon te zeggen heeft. Maar wij bepalen liever zelf hoe we dingen doen, dan dat we naar een ander luisteren. Dit is vaak een soort onbewuste houding die we kunnen hebben in ons geloofsleven. Totdat je je realiseert dat je het hier wel over de Here Jezus, de Zoon van God hebt. Hij heeft ons gemaakt en gered. Hij heeft alles voor ons gegeven. Hij houdt van ons en wil ons het beste geven. Zou je je niet elke keer heel bewust willen onderwerpen aan Hem, willen luisteren naar wat hij te zeggen heeft? Jezus, de enige die ons beter kent dan wijzelf? Onze houding mag zijn in nederigheid. Trouwens, zitten aan Zijn voeten heeft ook een heel ontspannen, relaxed gevoel in zich, dus zo erg kan het toch niet zijn? J

 

Jezus vindt het dus het belangrijkste dan je aan Zijn voeten zit en naar Zijn woord luistert. Dat is eigenlijk het enige wat je nodig hebt. Het enige wat echt van belang is en dus de basis zou moeten zijn van je dagelijks leven als christen.

 

En in feite is dit aanbidding in zijn diepste kern: Aan de voeten van de Here Jezus zitten en naar Hem luisteren.

 

Aanbidding is de basis van je relatie met God. De basis van je stille tijd, je gebedsleven, het gemeenteleven, het dagelijks leven. De basis van waaruit alles (wat van God is) ontspruit. Waarom? Omdat aanbidding de plaats, het moment is waar je communiceert met God. Als je in aanbidding bent communiceert jou geest met de Geest van God.

 

Hoe kom je tot aanbidding?

Het is natuurlijk mooi dat verhaal van Maria en het maakt de kern zeker duidelijk, maar Maria had de zichtbare Jezus. Hij was toen nog op aarde en zij zat letterlijk aan Zijn voeten. Dat is nu niet meer mogelijk. En ook al was het mogelijk...hoeveel christenen zijn er nu? Ruim 1 miljard? Stel dat een ieder 1 keer in zijn leven dan bij Jezus zou mogen komen. Dat zou betekenen dat er elke dag zo’n:

 

75 jaar (gemidd. Leeftijd) X 365 dagen = 27375 dagen per leven

1.000.000.000 christenen/27375 = 36530 christenen per dag

 

36530 mensen aan Jezus voeten zouden moeten zitten om iedereen een keer aan de beurt te laten komen. Dat zijn elke 5 minuten 127 mensen er vanuit gaande dat de Here Jezus niet zou hoeven eten of slapen en er 24 uur per dag, 7 dagen in de week mee bezig zou zijn. En dan hebben we het nog niet eens gehad over mensen die bijvoorbeeld een vliegtuig ticket niet zouden kunnen betalen. Het is niet praktisch en al helemaal niet bevredigend. Nee, de Here Jezus wilde dat wij op elk moment zonder belemmering bij Hem zouden kunnen komen.

 

De vraag die nu opkomt is: Hoe komen wij die niet meer naar de lichamelijke Jezus kunnen afreizen aan Zijn voeten? Hoe komen wij in Zijn aanwezigheid? Dit is iets wat ik al die jaren nooit begrepen heb en het afgelopen jaar is het kwartje gevallen. Dit is mijn ontdekking geweest van het afgelopen jaar waar ik zo enthousiast over ben en ik moet zeggen, het is nog steeds één grote ontdekkingsreis.

 

Toen Jezus stierf scheurde het voorhangsel van de tempel.

 

Matthëus 27: 50-51: “Jezus riep wederom met luider stem en gaf de geest. En zie, het voorhangsel van de tempel scheurde van boven tot beneden in tweeen, en de aarde beefde, en de rotsen scheurden,”

 

Het voorhangsel maakte scheiding tussen het heilige en het heilige der heilige. In het heilige mochten alleen de priesters komen. In het heilige der heilige alleen de hogepriester één keer per jaar. Door het sterven van Jezus is het voor ons dus mogelijk geworden om in het heilige der heilige bij God te komen. De plaats om Hem te aanbidden. God stelt echter wel voorwaarden, waaronder wij Hem kunnen naderen en in Zijn aanwezigheid kunnen komen. Laten we eens kijken naar Psalm 100:

 

“Juicht de HERE, gij ganse aarde, dient de HERE met vreugde, komt voor zijn aangezicht met gejubel. Erkent, dat de HERE God is; Hij heeft ons gemaakt, en Hem behoren wij toe, zijn volk, de schapen die Hij weidt. Gaat met een loflied (=dankzegging) zijn poorten binnen, zijn voorhoven met lofgezang, looft Hem, prijst zijn naam; want de HERE is goed, zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid, en zijn trouw tot in verre geslachten.”

 

loflied: hebreeuws is towdah, wat betekent: belijdenis, prijs, dankzegging

lofgezang: hebreeuws: t@hillah, wat betekent: lof, prijs, lofzang, lofprijzing

 

Je ziet in deze Psalm eigenlijk twee fasen in het naderen tot God. De eerste is: gaan door Zijn poorten; de tweede is: het betreden van Zijn voorhoven. De poorten geven toegang tot de voorhoven en de voorhoven geven toegang tot het werkelijke huis van God. Je komt door de poort met dankzegging en door de voorhoven met lofprijs. Je ziet dus dat in het Oude Testament het volk van Israël geboden wordt om met dankzegging en met lofprijs bij God te komen.

Wat is het verschil tussen dankzegging en lofprijs?

 

Met dankzegging erken je God’s goedheid.

Met lofprijs erken je God’s grootheid.

 

De gein is dat er in ver 5 gelijk al drie redenen staan om God te danken:

 

“want de HERE is goed, zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid, en zijn trouw tot in verre geslachten.”

 

Drie onveranderlijke feiten om dankbaar voor te zijn. Richt je bij dankzegging niet op je gevoel of op je situatie. Richt je blik op de onveranderlijke eeuwige feiten uit God’s woord. Zijn liefde en genade, Zijn karakter en Zijn handelen met ons mensen.

 

Ik ga zo nog wat dieper in op dankzegging en lofprijs, maar ik wil je eerst een opdracht geven...

 

Opdracht: Probeer eens een aantal redenen te bedenken waarvoor je God kunt danken en loven. Dus dingen die iets zeggen over zijn goedheid en grootheid. En dat moeten dan punten zijn die onveranderlijk zijn. Die waarheid zijn in je grootste vreugde, maar ook in je diepste nood. Schrijf ze op.

 

Wat mij opvalt: Alle dank/lof punten die onveranderlijk zijn komen bij God vandaan. Je kunt God danken voor je gezondheid, maar dat kan veranderen. Je kunt God danken voor je rijkdom of vrijheid van godsdienst in dit land, maar dat kan veranderen. God verandert niet!

 

Spreek trouwens de punten die je bedacht hebt regelmatig uit in je dankgebeden naar God. Ik wil je ook motiveren om in de bijbel te gaan zoeken naar onveranderlijke dank en lof punten. De psalmen staan er vol mee.

 

Dankzegging

We hebben net naar Psalm 100 gekeken en gezien dat het volk Israël in de tabernakel en tempel moest komen met dankzegging en lofprijs. Laten we eens kijken wat de bijbel nog meer zegt over deze twee dingen. Eerst dankbaarheid.

 

Genade en dankbaarheid

We gaan nu echt flink aan de studie. Laten we eerst kijken naar twee vertalingen van Hebreeën 12:28:

 

NBG: “Laten wij derhalve, omdat wij een onwankelbaar koninkrijk ontvangen, dankbaar zijn en hierdoor God vereren op een Hem welbehagelijke wijze met eerbied en ontzag”

 

SV: “Daarom, alzo wij een onbewegelijk Koninkrijk ontvangen, laat ons de genade vast houden , door dewelke wij welbehagelijk Gode mogen dienen, met eerbied en godvruchtigheid.”

 

Je ziet dat ‘dankbaar’ in de NBG door de Staten vertaling vertaald is met ‘de genade vasthouden’. De grap is dat beide vertalingen correct zijn. In het Grieks staat hier namelijk het woord ‘charis’ wat zowel ‘genade hebben’ en ‘dank u wel’ zeggen betekent.

 

Dus je houdt God’s genade vast door dankbaar te zijn. Dankbaar zijn is hetzelfde als genade hebben. Als we dus ondankbaar zijn staan we buiten God’s genade. Dankbaarheid kan niet losgekoppeld worden van God’s genade.

 

Daarnaast bereik je met ‘ondankbaarheid’ het tegenovergestelde. Ondankbaarheid is de weg die van God af gaat richting de duisternis:

 

Romeinen 1:21: “Immers, hoewel zij God kenden, hebben zij Hem niet als God verheerlijkt of gedankt, maar hun overleggingen zijn op niets uitgelopen, en het is duister geworden in hun onverstandig hart.”

 

De eerste twee stappen die leiden naar de duisternis:

1.                  God niet verheerlijken (ofwel: aanbidden)

2.                  God niet danken

 

Het tegenovergestelde van ‘dankbaar zijn’ is ‘klagen’. Spreek altijd positief, klaag niet.

 

1 Korintiërs 10:10: “En mort niet, zoals sommigen van hen deden, en zij kwamen om door de verderfengel.”

 

Paulus verwijst hier naar Numeri 21: 4-9: De mensen morren, ze waren ondankbaar na alles wat ze van God gezien en ontvangen hadden (en dat was veel!) en God stuurt vurige slangen en de mensen stierven. Klagen, morren vergiftigd je geest!

 

Nu weer even verder met de positieve kant.


Dankzegging, een bevel

Laten we eens kijken naar vier teksten van Paulus over dankbaarheid.

 

De eerste tekst:

Kolossenzen 3:15-17: “En de vrede van Christus, tot welke gij immers in een lichaam geroepen zijt, regere in uw harten; en weest dankbaar. Het woord van Christus wone rijkelijk in u, zodat gij in alle wijsheid elkander leert en terechtwijst en met psalmen, lofzangen en geestelijke liederen zingende, Gode dank brengt in uw harten. En al wat gij doet met woord of werk, doet het alles in de naam des Heren Jezus, God, de Vader, dankende door Hem!”

 

Drie teksten, drie keer dankbaarheid. Deze teksten staan aan het eind van een stuk over heiligheid. Over de oude mens afleggen en de nieuwe mens aandoen. Binnen het proces van heiligheid is dankbaarheid dus een gebod, een bevel. Zonder dankbaarheid kun je een veranderd leven wel vergeten.

 

  1. Dankbaarheid is een gebod
  2. Dankbaarheid ontstaat door bezig te zijn met God’s woord
  3. Dankbaarheid is een zaak van het hart
  4. Alles wat we doen en zeggen moet een uiting van dank zijn.

 

Dit laatste punt is eigenlijk een heel mooi principe over hoe je keuzes in je leven kunt maken naar God’s wil:

  • Alles in de naam van de Here Jezus
  • En God dankende door Hem

 

Twijfel je eraan of iets wel of niet kan? De grens wordt aangegeven door deze principes. Als je het kunt doen in de naam van Jezus en daarbij God door Hem kunt danken, dan is het prima. Als je dat niet kun, is het niet goed.

 

De tweede tekst:

Efeze 5:18-20 (SV): “En wordt niet dronken in wijn, waarin overdaad is, maar wordt vervuld met den Geest; Sprekende onder elkander met psalmen, en lofzangen, en geestelijke liederen, zingende en psalmende den Heere in uw hart; Dankende te allen tijd over alle dingen God en den Vader, in den Naam van onzen Heere Jezus Christus;”

 

Deze tekst lijkt heel erg op de vorige. Ook hier komt de tekst weer voor in een stuk over heiligheid.

 

In de vorige tekst zagen we dat dankbaarheid onstaat door bezig zijn met God’s woord. Hier zegt Paulus dat dankbaarheid onstaat als je vervuld wordt door de Heilige Geest.

 

  1. Dankbaarheid ontstaat door vervulling met de Heilige Geest.

 

Als je gevuld bent van de heilige Geest zul je voortdurend God danken. Dus je kunt voor jezelf eigenlijk eenvoudig bepalen hoe vol je bent van de heilige Geest. Hoe voller hoe dankbaarder.


De derde tekst:

1 Thessalonicenzen 5:16-18: “Verblijdt u te allen tijde, bidt zonder ophouden, dankt onder alles, want dat is de wil Gods in Christus Jezus ten opzichte van u.“

 

Dit vind ik een heel heftig stukje. Maar liefst 3 geboden of bevelen. Je zou maar net iets verschrikkelijks hebben meegemaakt en dan dit lezen. Dit kunnen we sowieso al niet uit onszelf. Hier hebben we zeker de Heilige Geest bij nodig.

 

Het eerste bevel hier is je op elk moment in elke omstandigheid te verheugen in wat God/Jezus voor je gedaan heeft. In zijn liefde en genade. Dat is natuurlijk verschrikkelijk moeilijk en gemakkelijker gezegd dan gedaan. Maar realiseer je dat Zijn redding, Zijn liefde, Zijn trouw eeuwig is en in dat perspectief veel zwaarder weegt dan welke omstandigheid ook. Er staat niet dat je je moet verblijden in je ellendige omstandigheden. Je moet je verblijden in alles wat God geeft. Zijn eeuwige redding voor ons leven torent immers boven alles uit. Moge God ons de genade geven dit in de praktijk te brengen.

 

Als je dit leest zie je hoe belangrijk het is bezig te zijn om dankpunten te vinden die onder alle omstandigheden zullen blijven.

 

  1. Dankbaarheid altijd en onder elke omstandigheid is God’s wil

 

Als we dus niet dankzeggen staan we buiten de wil van God! Ook al doe je op het juiste moment, op de juiste plaats het juiste werk. Reageer op de juiste manier op God’s goedheid door dankbaar te zijn.

 

De vierde tekst:

Filippenzen 4:6: “Weest in geen ding bezorgd, maar laten bij alles uw wensen door gebed en smeking met dankzegging bekend worden bij God.”

 

  1. Dankzegging moet onderdeel zijn van elk gebed.

 

God doet alles door het gebed. Maar ga nooit met een verzoek tot God zonder Hem te danken. Wat voor vraag je ook hebt, breng het naar voren met dankzegging.

 

Overzicht

Voor het overzicht wil ik nog even alle principes die we net in de teksten gezien hebben op een rijtje zetten:

 

  1. Dankbaarheid is een gebod
  2. Dankbaarheid is een zaak van het hart
  3. Alles wat we doen en zeggen moet een uiting van dank zijn
  4. Dankbaarheid ontstaat door bezig te zijn met God's woord
  5. Dankbaarheid ontstaat door vervulling met de Heilige Geest
  6. Dankbaarheid altijd en onder elke omstandigheid is God's wil
  7. Dankzegging moet onderdeel zijn van elk gebed

 

 

 

Lofprijs

We hadden gezien dat dankbaarheid en lofprijs stappen zijn in de toenadering tot God. We hebben ons bezig gehouden met dankbaarheid. Rest ons nog te kijken naar Lofprijs.

 

God woont in lofprijs

Psalm 22:3: NBG“Gij de Heilige, die troont op de lofzangen Israels”

 

Het hebreeuwse woord dat vertaald is met ‘troont op’ is ook het woord voor ‘zitten in’ en ‘wonen in’. De staten vertaling zegt dan ook:

 

SV: “Gij zijt heilig, wonende onder de lofzangen Israels”

 

Een bekend lied zegt (opwekking 237):

 

Jezus, wij verhogen U, wij erkennen U als Heer.
U bent hier, in ons midden, Heer,

en onze lofprijs geeft U eer.
Als wij aanbidden, bouw uw troon.
Kom, Heer Jezus en neem uw plaats.

 

Dus als je God prijst (met andere gelovigen samen) biedt dan in gedachten Jezus een troon aan, om daarop plaats te nemen. Op die manier erken je Hem als koning.

 

Een offer

Psalm 13: “Hoelang, HERE? Zult Gij mij voortdurend vergeten? Hoelang zult Gij uw aangezicht voor mij verbergen? Hoelang zal ik plannen koesteren in mijn ziel, kommer hebben in mijn hart, dag aan dag? Hoelang zal mijn vijand zich boven mij verheffen? Aanschouw toch, antwoord mij, HERE, mijn God! Verlicht mijn ogen, opdat ik niet inslape ten dode; opdat mijn vijand niet zegge: Ik heb hem overmocht; opdat mijn tegenstanders niet juichen, wanneer ik wankel. Ik echter vertrouw op uw goedertierenheid, over uw verlossing juicht mijn hart. Ik wil de HERE zingen, omdat Hij mij heeft welgedaan.

 

Je ziet hier dat David beschrijft dat ie midden in de ellende zit. Hij heeft het gevoel dat God hem verlaten heeft. Hij heeft plannen en dromen die maar niet uit willen komen. Hij heeft vijanden.

 

Toch begint David aan het eind van de Psalm, in geloof, God lof te zingen.

 

Dankzegging en lofprijs betekenen een offer. Het is niet altijd gemakkelijk. De tijden dat lofprijzing juist van het grootste belang is, is vaak ook de tijd dat je er het minst voor voelt. Laat je NIET leiden door je gevoelens in je reactie op God’s onbeperkte grootheid. God’s woord vertelt je wat je moet doen.

 

Hebreeën 13:15-16: “Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen, namelijk de vrucht onzer lippen, die zijn naam belijden. En vergeet de weldadigheid en de mededeelzaamheid niet, want in zulke offers heeft God een welgevallen.”

 

God lofoffers brengen...

Wanneer? - Voortdurend!

Hoe? - Met onze mond, Zijn naam belijden

En als je dan toch bezig bent...vergeet niet goed (weldadigheid) te doen en uit te delen (mededeelzaamheid).

 

Lofprijzen en dankzegging is dus een offer. En het is voor God het meest aanvaardbaar als het ons het meeste kost. Als alles ons tegen schijnt te zitten, dan is dat juist de tijd om God het meest te prijzen – in geloof.


Sterkte

Lofprijs is een geestelijk wapen.

 

Psalm 8:3: “Uit de mond van kinderen en zuigelingen hebt Gij sterkte gegrondvest, uw tegenstanders ten spijt, om vijand en wraakgierige te doen verstommen.”

 

Bij dit vers geeft het nieuwe testament commentaar op het oude:

 

Mattheüs 21:15-16: “Toen de overpriesters en de schriftgeleerden de wonderwerken zagen, die Hij deed, en de kinderen, die in de tempel riepen, zeggende: Hosanna de Zoon van David! namen zij dat kwalijk, en zij zeiden tot Hem: Hoort Gij wat dezen zeggen? Jezus zeide tot hen: Ja; hebt gij nooit gelezen : Uit de mond van kleine kinderen en zuigelingen hebt Gij lof bereid?”

 

In dit vers citeert Jezus Psalm 8:3, maar vertaalt Hij het woord ‘sterkte’ door ‘lof’. Dus, de sterkte van God’s volk is lofprijzing! Zelfs het allerzwakste (babies, kleine kinderen) zijn onverslaanbaar sterk voor de vijand (satan) als zij God prijzen.

 

God legt de duivel het zwijgen op als wij Hem prijzen. Waarom moeten wij de duivel het zwijgen opleggen? Omdat hij ons altijd maar weer, dag en nacht, beschuldigd. We zouden God kunnen vragen: “Waarom legt U Zelf de duivel het zwijgen niet op?”. God’s antwoord is: “Omdat ik jullie het wapen heb gegeven waarmee je dat kunt doen”.

 

God’s heil zien

Lofprijzing bereidt de weg tot God's bovennatuurlijke tussenkomst.

 

Een tekst die een beetje lijkt op Psalm 100 in die zin dat lofprijs de toegang geeft tot God.

 

Jesaja 60:18: “Van geen geweld zal in uw land meer gehoord worden, van verwoesting noch verderf in uw gebied; en gij zult uw muren Heil noemen en uw poorten Lof.”

 

Jesaja geeft hier een beschrijving van de stad God’s, waartoe wij toegang hebben door het bloed van de Here Jezus.

 

In God’s tegenwoordigheid worden we beschermd door muren van heil. Binnen deze muren hebben geweld, verwoesting, beschadiging geen zeggingskracht. Ze zijn slechts vage echo’s vanuit de verte.

 

Hoe komen we daar? Door de poorten van lof. Als je binnen de muren van heil (redding, verlossing, bevrijding) wilt komen moet je door de poorten van lof. Geen lofprijs...geen toegang. Lofprijs is de enige weg tot in de directe tegenwoordigheid van God.

 

De Psalmen staan vol met lof. ‘psalmen’ betekent in het Hebreeuws ‘Lofprijzingen’. Dus als je wilt leren loven moet je de psalmen gaan lezen. Je zult zien dat we er zo al een hele hoop tegenkomen.

 

Nog een tekst:

 

Psalm 50:23: “Wie lof offert, eert Mij, en baant de weg, dat Ik hem Gods heil doe zien.”

 

Heil betekent redding, verlossing, bevrijding. Dus degene die lof brengt (offert), baant in zijn situatie een weg waarlangs de uitredding zich kan manifesteren.

 

Ik wil je twee voorbeelden hiervan uit de bijbel laten zien:

 

Jona 2: 1-10: “En Jona bad tot de HERE, zijn God , uit het ingewand van de vis. Hij zeide: Ik riep uit mijn nood tot de HERE en Hij antwoordde mij; uit de schoot van het dodenrijk schreeuwde ik, Gij hoordet mijn stem. Gij hadt mij geworpen in de diepte, in het hart der zee, en een waterstroom omving mij; al uw brandingen en uw golven gingen over mij heen. En ik, ik zeide: verstoten ben ik uit uw ogen, zou ik ooit weer uw heilige tempel aanschouwen? Wateren omringden mij, zij bedreigden mijn leven, de diepte omving mij, met zeewier was mijn hoofd omwonden. Tot de grondvesten der bergen zonk ik neer; de grendelen der aarde waren voor altoos achter mij. Toen trokt Gij mijn leven uit de groeve omhoog, o, HERE, mijn God! Toen mijn ziel in mij versmachtte, gedacht ik de HERE, en mijn gebed kwam tot U in uw heilige tempel. Zij die nietige afgoden dienen, geven Hem prijs, die hun goedertieren is. Maar ik, met lofzegging wil ik aan U offeren ; wat ik beloofd heb, wil ik betalen; de redding is des HEREN. En de HERE sprak tot de vis en deze spuwde Jona uit op het droge.”

 

In vers 2-8 stort Jona zijn hart uit. In vers 9 begint Hij God lof te offeren en in vers 10 wordt hij bevrijdt! God sprak tot de vis toen Jona God begon te danken en te loven.

 

Nog een prachtig voorbeeld:

 

Handelingen 16: 16-26: “En het geschiedde, toen wij naar de gebedsplaats gingen, dat een zekere slavin, die een waarzeggende geest had, ons tegenkwam, welke aan haar eigenaars met waarzeggen veel voordeel aanbracht. Deze liep Paulus en ons achterna , luid roepende: Deze mensen zijn dienstknechten van de allerhoogste God, die u de weg tot behoudenis boodschappen. En dit deed zij vele dagen lang. Maar toen dit Paulus verdroot, wendde hij zich tot de geest en zeide: Ik gelast u in de naam van Jezus Christus van haar uit te gaan. En hij ging uit op datzelfde uur. Toen nu haar eigenaars zagen, dat hun kans op voordeel verdwenen was, grepen zij Paulus en Silas en sleurden hen naar de markt voor de overheid,

en toen zij hen bij de hoofdlieden gebracht hadden, zeiden zij: Deze mensen brengen onze stad in rep en roer, daar zij Joden zijn, en zij verkondigen zeden, die wij als Romeinen niet mogen aanvaarden of volgen. Ook de menigte schoolde tegen hen samen en de hoofdlieden scheurden hun de kleren van het lijf en lieten hen met de roede geselen; en na hun vele slagen gegeven te hebben, wierpen zij hen in de gevangenis met bevel aan de bewaarder hen zorgvuldig te bewaken. Daar deze zulk een bevel ontvangen had , zette hij hen in de binnenste kerker en sloot hun voeten zorgvuldig in het blok. Maar omstreeks middernacht baden Paulus en Silas en zongen Gods lof , en de gevangenen luisterden naar hen. Doch plotseling kwam er een zware aardbeving, zodat de grondvesten der gevangenis schudden; en terstond gingen alle deuren open en de boeien van allen raakten los.”

 

Hoe moeten wij God prijzen?

  • Met ons hele hart (Psalm 11:1: “Halleluja. Ik zal de HERE van ganser harte loven, in de kring der oprechten en in de vergadering.”)
  • Met opgeheven handen, met mond en lippen die God roemen; en met ons verstand (gedenk, peins), (Psalm 63:4-6: “Zo wil ik U prijzen mijn leven lang, in uw naam mijn handen opheffen. Als met vet en merg word ik verzadigd , mijn mond looft met jubelende lippen, wanneer ik Uwer gedenk op mijn legerstede , in nachtwaken over U peins.”)
  • Met bazuingeschal (blaasinstrumenten), harp, citer (gitaar), tamboerijn, reidans, snarenspel (gitaar), fluit en cimbalen (drumsstel). Psalm 150: 3-5: “Looft Hem met bazuingeschal, looft Hem met harp en citer, looft Hem met tamboerijn en reidans, looft Hem met snarenspel en fluit, looft Hem met klinkende cimbalen, looft Hem met schallende cimbalen.”

 

Wie moeten God prijzen?

  • 29 mensen en scheppingen in Psalm 148: “Halleluja. Looft de HERE in de hemel, looft Hem in den hoge. Looft Hem, al zijn engelen, looft Hem, al zijn heerscharen. Looft Hem, zon en maan, looft Hem, al gij lichtende sterren. Looft Hem, hemel der hemelen, en gij wateren boven de hemel. Dat zij de naam des HEREN loven, want Hij gebood en zij waren geschapen; Hij zette ze vast voor immer en altoos, Hij stelde hun een inzetting, die geen hunner overtreedt. Looft de HERE op de aarde, gij grote zeedieren en alle waterdiepten, vuur en hagel, sneeuw en nevel, gij stormwind, die zijn woord volbrengt; gij bergen en alle heuvelen, vruchtbomen en alle ceders; gij wild gedierte en alle vee, wat kruipt en wat met vleugelen vliegt; gij koningen der aarde en alle natien, gij vorsten en alle richters der aarde; gij jongelingen en ook maagden, gij ouden en jongen tezamen. Dat zij de naam des HEREN loven, want zijn naam alleen is verheven, zijn majesteit is over aarde en hemel. Hij heeft voor zijn volk een hoorn verhoogd : een lofzang voor al zijn gunstgenoten, voor de kinderen Israels, het volk dat nabij Hem is. Halleluja.”
  • Psalm 150:6: Alles wat adem heeft, love de HERE. Halleluja”

 

 

Maar kijk eens om je heen? Ik zie niet iedereen de Here prijzen? Er is maar één soort mensen die God niet prijst: de doden.

 

Psalm 115:17: Niet de doden zullen de HERE loven , niemand van wie in de stilte zijn neergedaald,”

 

Dus mensen die God niet prijzen hebben hier hun diagnose.

Aanbidding

Het uiten van dankzegging en lofprijs is dus de manier om in de aanwezigheid van God te komen. Je hebt gezien hoe belangrijk het is om doelbewust je hierin te trainen en te oefenen. Dankzeggen en lofprijzen is de weg naar God’s aanwezigheid, maar het is niet het uiteindelijke doel. Het doel is aanbidding. Daar moeten we nog naar kijken...

 

Als eerste, zoals we door

dankbaarheid God’s goedheid erkennen en door

dofprijs Zijn grootheid, erkennen we door

aanbidding God’s heiligheid

 

Een houding

We hebben in het stukje van Maria die aan de voeten van Jezus zat al gezien dat het zitten aan Zijn voeten een houding van nederigheid laat zien. Aanbidding is in de eerste plaats een houding.

 

Dankzegging en lofprijs zijn in de eerste plaats mondelinge uitingen (spraak, zang, roepen). Bij aanbidding is dat anders. Aanbidding is in de eerste plaats een houding van ons hele wezen (geest, ziel en lichaam). Aanbidding is de hoogste activiteit waartoe een mens in staat is. Door aanbidding erkennen we God’s heiligheid.

 

Bij aanbidding is ons hele lichaam betrokken. In de oorspronkelijke talen (Hebreeuws OT, Grieks NT) van de Bijbel beschrijft ieder woord voor aanbidding een lichaamshouding:

 

In het oude testament is shachah het hebreeuwse woord dat consequent wordt gebruikt voor het aanbidden van God. Het komt 172 keer voor in de 39 boeken van het oude testament. De betekenis van dit woord is: aanbidden, zich neerbuigen, zich neerwerpen (= languit op je aangezicht), ter aarde buigen.

 

In het nieuwe testament wordt het nog een stukje persoonlijker. Het meest gebruikte Griekse woord voor aanbidding in het nieuwe testament is proskuneo (95 keer). Het is in feite een samenvoeging van pros (naar toe, in de richting van) en kuneo (kussen). Letterlijk betekent het dus ‘kussen in de richting van’. Het wordt vertaald als:

‘de handen kussen in bewondering’ en ook ‘de voeten kussen als hulde betuiging’.


De overgang van toenadering (dank/lof) naar aanbidding

Psalm 95 laat heel mooi zien hoe het proces werkt van het naderen tot God en de overgang naar aanbidding.

 

Psalm 95:1-2: “Komt, laat ons jubelen voor de HERE , juichen ter ere van de rots onzes heils. Laat ons met lofzang voor zijn aangezicht komen , ter ere van Hem juichen bij snarenspel.”

 

In de eerste 5 verzen zie je dankzegging en lofprijs (met name lofprijs). De weg om in Gods tegenwoordigheid te komen.

 

In de verzen 3-5 zie je trouwens weer een aantal onveranderlijke redenen om God te prijzen.

 

Psalm 95:3-5: “Want de HERE is een groot God, een groot Koning, boven alle goden, in wiens hand de diepten der aarde zijn, en wiens de toppen der bergen zijn; wiens de zee is, daar Hij ze heeft gemaakt, ook het droge, dat zijn handen hebben geformeerd.”

 

Dankzegging en lofprijs is niet het uiteindelijke doel. Het is de weg tot toenadering. In het volgende vers komen we tot aanbidding:

 

Psalm 95:6: “Treedt toe, laten wij ons nederwerpen en ons buigen, knielen voor de HERE, onze Maker;”

 

Van een uiting zijn we over gegaan in een houding. Dankzegging en lofprijs zijn de weg naar het doel, namelijk: aanbidding., wat niet een uiting is, maar een houding.

 

Maar het stopt niet met de houding. Vers 7 geeft de reden waarom we God aanbidden.

 

Waarom aanbidden we? Vers 7: “Want Hij is onze God,...”

 

Aanbidding behoort alleen God toe. De daad van aanbidding is de hoogste manier om te erkennen dat Hij onze God is.

 

Vervolg vers 7: “...en wij zijn het volk dat Hij weidt, de schapen zijner hand.”

 

God’s volk hoort Hem te aanbidden. Aanbidding erkent de relatie tussen ons als God’s volk en God als onze Schepper en Redder.

 

God’s stem horen

Maar ook hier eindigt het niet. Hetzelfde vers (7) gaat verder met: “Och, of gij heden naar zijn stem hoordet!” of SV: “Heden, zo gij Zijn stem hoort”

 

Waarom is deze aansporing opgenomen in het gedeelte over aanbidding? Omdat het tijdens aanbidding is dat wij God’s stem werkelijk horen! Als we aanbidden, zijn we aan het eind van ons praten gekomen. Wanneer we klaar zijn met al ons roepen en onze lofprijzing, worden we stil, in een houding van eerbied voor God.

 

Dus we komen in Zijn tegenwoordigheid met dankzegging en lofprijs. Jubelende, juichende, uitbundige lofprijzing brengt ons in de tegenwoordigheid van God. Maar op het moment dat we in Zijn tegenwoordigheid zijn gekomen, verandert onze reactie op Hem in een houding van eerbied en aanbidding in de tegenwoordigheid van de Almachtige God, waar wij open staan om Zijn stem te verstaan.

 

Dienen uit aanbidding

Het zijn in de aanwezigheid van God is ook een vereiste om te dienen. Dienen moet voortvloeien uit aanbidding. We moeten nooit in God’s dienst betrokken raken zonder eerst gemeenschap met God te hebben gehad. Maar ook andersom: aanbidding hoort altijd gevolgd te worden door dienstbetoon.

 

Dit laat Jezus ook zien in Mattheüs 4:10: “Toen zeide Jezus tot hem: Ga weg, satan! Er staat immers geschreven: De Here, uw God, zult gij aanbidden en Hem alleen dienen.”

 

Dit is een aanhaling uit Deuteronomium 6:13: “De HERE, uw God, zult gij vrezen, Hem zult gij dienen en bij zijn naam zweren”

 

Lukas 10:27: “Gij zult de Here, uw God, liefhebben uit geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw kracht en met geheel uw verstand, en uw naaste als uzelf.”

 

Let op de volgorde: eerst aanbidden, dan dienen. Dienen mag nooit los staan van aanbidding en aanbidding niet van dienen.

 

In Geest en waarheid

Naast alles wat we al gezien hebben zijn er nog een paar voorwaarden die God stelt om in Zijn aanwezigheid te komen. Deze worden verwoord in een heel bekende tekst over aanbidding.

 

Jezus zegt in Johannes 4:23-24: “maar de ure komt en is nu, dat de waarachtige aanbidders de Vader aanbidden zullen in geest en in waarheid; want de Vader zoekt zulke aanbidders; God is geest en wie Hem aanbidden , moeten aanbidden in geest en in waarheid.”

 

God zoekt mensen die Hem aanbidden. Maar we moeten Hem aanbidden op Zijn voorwaarden.

 

  1. in geest
  2. in waarheid

 

De mens bestaan uit 3 componenten volgens de bijbel: geest, ziel en lichaam. Onze ziel is heel actief in lofprijzing en dankzegging. Maar als het aankomt op aanbidding, dan is het onze geest die rechtstreekse gemeenschap heeft met God’s Geest. Daartoe is onze ziel niet in staat.

 

Het is de heilige Geest die ons deze rechtstreekse gemeenschap met God geeft. Vervulling/doop met de heilige Geest maakt in ons iets vrij waardoor we verstaan hoe aanbidding behoort te zijn.

 

We moeten God ook in waarheid aanbidden. Waarheid vereist oprechtheid, echtheid, eerlijkheid. Je niet beter voordoen dan je bent. Als er zonde in je leven is en je stopt het weg voor God ben je niet ‘in waarheid’.

 

Aanbid God alleen in geest en in waarheid. Vraag jezelf af: “Vertel ik God dingen die ik niet in de praktijk wil brengen? Doe ik mezelf beter voor dan ik ben voor anderen? Of bid ik tot Hem in geest en waarheid?”


 

Wat anderen denken

Wat hebben gezien dat het woord aanbidding in het Grieks ook “de voeten kussen betekent”. Er is ook een passage in de bijbel waar een vrouw de voeten van Jezus kust. Laten we daar eens naar gaan kijken.

 

Lukas 7:36-38: “Een der Farizeeen nodigde Hem om bij hem te komen eten; en Hij kwam in het huis van de Farizeeer en ging aanliggen. En zie een vrouw, die in de stad als zondares bekend stond, bemerkte, dat Hij aan tafel was in het huis van de Farizeeer. En zij bracht een albasten kruik met mirre, en zij ging wenende achter Hem staan, bij zijn voeten, en begon met haar tranen zijn voeten nat te maken en droogde ze af met haar hoofdhaar, en kuste zijn voeten en zalfde ze met de mirre.”

 

Dit is een heftige uiting van aanbidding zeg. Je ziet haar houding van nederigheid en liefde voor God. Maar waar ik het accent even op wil leggen is, is de reactie van de mensen die het zien. Dit verhaal staat in alle vier de evangeliën. Ik heb er even 2 uitgepikt die de reacties laat zien.

 

Marcus 14: 4-5: “En sommigen spraken verontwaardigd tot elkander: Waartoe dient die verkwisting der mirre? Want deze mirre had voor meer dan driehonderd schellingen verkocht en aan de armen gegeven kunnen worden. En zij waren zeer verstoord tegen haar.”

 

Lukas 7: 39: “Toen de Farizeeer, die Hem genodigd had, dat zag, zeide hij bij zichzelf: Indien deze de profeet was, zou Hij wel weten, wie en wat deze vrouw is, die Hem aanraakt: dat zij een zondares is.”

 

Dat zijn nou niet echt vriendelijke reacties. Ja, ze doet ook wel raar natuurlijk. Maar het was een eerlijke uiting van haarzelf naar Jezus. En het kon haar niets schelen wat anderen denken. Zij besefte dat Jezus haar enige hoop wat en al haar eer verdient. Als wij God aanbidden zou het ons net als deze vrouw niets uit moeten maken wat anderen van ons denken.

 

Een poosje terug was hier op een zondag een concert van het black-gospel koor inside-out. In het publiek stond ook een man te dansen op een nogal typische manier. Een beetje kabouter Plop-achtig. Mijn vrouw sprak hem na die tijd. Hij zei: “Ja, ik dans voor de Heer en het kan me niets schelen wat anderen denken”. Hij ging verder: “Vroeger wel hoor, toen durfde ik het niet. Maar er was een verlangen in mij om Hem te loven. Ik ben er thuis mee begonnen, met de gordijnen dicht”.

 

Het gaat er niet om dat we even moeten bewijzen dat wij wel durven maf te doen voor Jezus. Het gaat om een oprechte uiting van aanbidding en ik denk dat we daar in mogen groeien. Begin er thuis maar mee. Ik heb thuis voor het eerst geknield. Ik wil je uitdagen de principes die ik vandaag allemaal naar voren heb gebracht in de praktijk te gaan brengen.

 

Rust bij God

Ik wil afsluiten met een Psalm die mij van de week bijzonder aansprak. Ik las hem met ontroering, omdat het precies aangaf waar ik nu sta, na al die jaren keihard werken en mijn best doen voor God...nu door aanbidding ben ik tot rust gekomen bij Hem.

 

Psalm 131: “Een bedevaartslied. Van David. HERE, mijn hart is niet hovaardig, mijn ogen zijn niet trots; ik wandel niet in grootse dingen, noch in dingen die te wonderbaar voor mij zijn. Immers heb ik mijn ziel tot rust en stilte gebracht als een gespeend kind bij zijn moeder; als een gespeend kind is mijn ziel in mij. Israel hope op de HERE van nu aan en voor immer.”

 

Hoovaardig: hooghartig, hoogmoedig, arrogant, vanuit de hoogte

 

Ik weet wie ik ben, ik ken mijn beperkingen. Ik ben maar een eenvoudige jongen, die tot rust gekomen is bij zijn hemelse Vader. Die erkent en begrijpt, dat God zijn hoop is en dat je ontspannen en tot rust komt als je aan de voeten van de vader bent.

 

Vul je eigen naam in. Ramon hope op de Here van nu aan en voor immer.

 

Referenties

 

Bijbel

Dankzegging, lofprijs en aanbidding – Derek Prince

Aanbidding, het antwoord van de gelovige aan God – Judson Cornwall


© 2002-2003 Jeugddienst Zutphen.   Laatste update: Zaterdag, 1 februari 2003, 17:58